Vaccinatie en sabbat
Hoe is het gesteld met het organisatorisch vermogen van de verschillende landen? De Joodse staat laat zich deze weken van haar beste kant zien. Waar Nederland enkele weken voorbereidingstijd nodig heeft, stroopte Israël vrijwel onmiddellijk de mouwen op toen de coronavaccins arriveerden. Dagelijks krijgen meer dan 150.000 Israëli het Pfizer/BioNTech-vaccin toegediend. Ruim 10 procent van de bevolking heeft al een eerste dosis ontvangen. Op naar groepsimmuniteit, klinkt het optimistisch.
De vaccinatiebereidheid van Israëli is traditioneel hoog. Dat is niet zo vreemd. Vaccins horen er in de Joodse staat helemaal bij. Zo is bijvoorbeeld de griepprik ieder jaar beschikbaar voor oud én jong (vanaf zes maanden).
Religieuze bezwaren tegen het fenomeen vaccinaties leven er ook nauwelijks. Op ieder mens rust de verplichting om alles te doen wat in zijn of haar vermogen ligt om gezond te blijven, zo leert het Jodendom. Islamitische Israëli houden het bij een Arabisch gezegde: ‘Laat het in Gods hand, maar gebruik eerst je verstand’.
Toch betekent dit niet dat het coronavaccinatieprogramma ‘Latet katef’ (‘geef je schouder’) geheel rimpelloos verloopt. Interessant is de discussie in de media over de vraag of het inenten op sabbat door mag gaan.
Een belangrijk deel van de Israëli hecht sterk aan de sabbatrust. De ontheiliging van de rustdag wordt beschouwd als een religieuze ‘doodzonde’. Veel Israëlische gezondheidsorganisaties gaan op sabbat echter gewoon door met vaccineren; onder andere van Arabische Israëli.
Dit is tegen het zere been van verschillende orthodox-religieuze Joden. Onder meer Uri Maklev, parlementslid namens de ultraorthodoxe UTJ-partij, liet van zich horen. In suggestieve bewoordingen laakt hij het vaccinatiebeleid met betrekking tot de sabbat. ‘Hoe is het mogelijk om een zegen te verwachten over het werk van hun [de gezondheidswerkers, AG] handen als zij de sabbat ontheiligen?’
Opvallend is overigens dat de kritiek zich niet zozeer richt op het toedienen van het vaccin op sabbat, maar op het feit dat er voor de registratie van patiënten computers worden gebruikt. Ook zou het vaccinatieprogramma het gebruik van auto’s op de rustdag in de hand werken.
De strikte sabbatvoorschriften betekenen niet dat de gezondheidszorg in Israël op de rustdag platligt. Een van de leidende principes binnen het Jodendom is ‘pikuah nefesh’. Kort gezegd betekent dit dat het redden van een mensenleven gaat boven het naleven van andere religieuze voorschriften.
De Israëlische minister van Gezondheidszorg, Yuli Edelstein, verdedigt zijn vaccinatiebeleid met een beroep op ‘pikuach nefesh’. ‘Het coronavirus bedreigt ons allemaal, het vaccin redt ons allemaal.’
De meerderheid van de rabbijnen die zich roert in de media bevestigt dat de regel van ‘pikuach nefesh’ van toepassing is: het geven van een vaccin legitimeert de ontheiliging van de sabbat. Toch betekent dit niet dat zij zich kunnen vinden in de huidige gang van zaken. Hoe zit dat?
Het Israëlische vaccinatieprogramma is een geoliede machine. Dagelijks worden op honderden locaties duizenden personen ingeënt. Het programma gaat zeven dagen per week door. Echter, niet 24 uur per dag. En uitgerekend dit gegeven veroorzaakt de religieuze bezwaren.
De uitzonderingsregel ‘pekuach nefesh’ is enkel van toepassing op het vaccineren op sabbat als er de rest van de week 24 uur per dag wordt gevaccineerd, zo redeneren veel orthodoxe rabbijnen. Er zijn nu nog mogelijkheden te over om de ‘sabbatsvaccinaties’ te plannen op een reguliere werkdag en zo sabbatsontheiliging te voorkomen.
De Israëlische demissionaire regering lijkt vooralsnog niet onder de indruk van de kritiek van religieuze zijde. Premier Netanyahu en de zijnen beseffen maar al te zeer dat hun politieke carrière mede afhangt van een succesvol verloop van het vaccinatieprogramma. Nog enkele maanden en het leven in Israël is weer normaal en dat als eerste van alle landen ter wereld, zo klinkt het trots en zelfverzekerd.