Hagenpreek
Israël staat bekend als een innovatief landje. Er zijn tal van voorbeelden te geven die dat onderstrepen. Innovatie hoeft overigens niet per definitie ingewikkeld te zijn. Nogal eens is het gewoonweg een kwestie van nuchter nadenken en lef. Aan die beide eigenschappen ontbreekt het hier in Israël niet.
Een van de meest recente ‘innovaties’ blinkt uit in eenvoud en lost tegelijkertijd een van de nijpendste ‘coronaproblemen’ op. Het probleem? Hoe kunnen we op sabbat ondanks de restricties als religieuzen toch samenkomen?
Natuurlijk is men hier ook op de hoogte van digitale oplossingen: diensten via Zoom of YouTube. Voor veel orthodoxe Joden is dat echter een stap te ver. In veel gevallen is er geen laptop of smartphone voorhanden. Bovendien is het onwenselijk om op sabbat gebruik te maken van elektrische apparaten.
Daar komt uiteraard bij dat dergelijke digitale ‘meetings’ een schrale vervanging zijn van werkelijke ontmoeting. Nederlandse christenen weten er alles van. In hoeverre kun je nog spreken van ‘gemeenschap der heiligen’ als je in je eentje in een luie stoel een preek zit te kijken?
Trouwens, probeer je ook eens te verplaatsen in een predikant. Je zal maar tenminste twintig minuten moeten preken in een lege kerk. Je roeping drijft, maar ideaal is het ondertussen niet. Elke vorm van interactie is verdwenen. Het enige wat je ziet zijn lege banken; het enige wat je hoort je eigen stem. En ondertussen weten dat je hoofd levensgroot en uiterst gedetailleerd op talloze beeldschermen wordt geprojecteerd…
Afijn, dergelijke problemen zijn niet voorbehouden aan de christelijke traditie. Ook trouwe synagogebezoekers zijn niet te spreken over de surrogaatdiensten. Kan het niet anders?
De oplossing voor het probleem is haast te eenvoudig voor woorden: openluchtdiensten! Het fenomeen is hier in Israël inmiddels flink verspreid.
Ik stuitte begin april voor het eerst op deze innovatie eerste klas. Het was op een vrijdagavond. Plotseling klonk buiten het bekende sabbatslied ‘Lecha dodi’. Wat bleek; op een stuk braakliggend terrein achter onze woning had een groep religieuze Joden zich verzameld om samen de sabbat te verwelkomen.
Het bleef niet bij deze ene keer. Talloze keren kwamen buurtbewoners er bijeen voor een openluchtdienst. De afstandsregels werden keurig gehandhaafd. Alleen de traditionele scheiding tussen mannen en vrouwen moest eraan geloven.
De Nederlandse protestantse traditie kent het fenomeen ‘hagenpreek’. Boeren, burgers en buitenlui kwamen in de zestiende eeuw bijeen om in de openlucht te luisteren naar een preek. Ook later klonk met enige regelmaat een pleidooi voor openluchtdiensten. De bekende Engelse prediker Charles Spurgeon wijdt in een van zijn boeken (in: “Pastorale adviezen”, deel 2) zelfs een compleet hoofdstuk aan het fenomeen. Hij ontpopt zich als een groot voorstander van openluchtdiensten.
Is deze coronaperiode geen uitgelezen moment om het fenomeen hagenpreek nieuw leven in te blazen? Volgens mij zijn er moeilijk bezwaren tegenin te brengen. Zelfs het weer liet zich de afgelopen maanden van zijn beste kant zien. Bijkomende voordelen zijn er ondertussen te over.
Daarom, waarom trekken we ons als Nederlandse christenen op zondag schielijk terug in onze huizen? Waarom vallen we massaal voor het fenomeen ‘digitale preek’ alsof er geen alternatief is?
Is het een gebrek aan innovatieve kracht? Een gebrek aan nuchter nadenken? Of zou het liggen aan die andere eigenschap: lef? Of beter: gebrek aan lef…
Met jaloezie zie ik iedere sabbat weer hoe de lofzang hier in Israël publiekelijk en onbeschroomd gaande wordt gehouden. Nu Nederland nog.
In Barneveld hebben we dat inmiddels al vijf keer gedaan. Bevalt goed! Hopelijk kunnen we ook tijdens deze openluchtdiensten het avondmaal vieren.